Britt Dekker
‘Ik krijg veel energie van het rijden’
Ze wordt ‘Nederlands bekendste paardenmeisje’ genoemd en komt niet voor niks aan die (geuzen)naam. TV-presentatrice Britt Dekker is op meerdere fronten actief met haar eveneens bekende paarden. We spraken haar op de locatie van Academy Bartels, waar ze tegenwoordig woont en nog vol ambities zit. ‘Je moet denken in het onmogelijke.’
Tekst Peter van Pinxteren Beeld Sushilla Kouwen
‘Nederlands bekendste paardenmeisje’, wat vind je zelf van die benaming?
“Ik vind dat super eervol, maar het voelt ook als een soort leuke druk. Je weet dat je een voorbeeldfunctie hebt. Met ons YouTube kanaal PaardenpraatTV hebben we ruim 230.000 abonnees. Dat is de gehele paardenjeugd en ook onze doelgroep. Je weet dat zij dingen nadoen die jij doet en zij zijn de toekomst. Daar komt bij dat als je dingen met dieren doet, je merkt dat je eerder onder een vergrootglas ligt. We willen natuurlijk graag blijven paardrijden, dus dan moet je nog een stapje beter je best doen. Neem George. Die kan als hij zenuwachtig wordt wat kauwen met zijn mond. Op foto’s zie je dan zijn mond open, terwijl ik weet dat er niks aan de hand is. Toch beslis je dan om op het NK maar met een gewoon trensje te rijden, vanwege die voorbeeldfunctie. Het is zeker geen last, vooral eervol, maar je moet wel extra je best doen.”
Vroeger was Anky het grote voorbeeld, vooral vanwege haar sportprestaties. Bij jou werkt dat anders. Hoe verklaar je zo’n ontwikkeling?
“Het is een veranderende wereld. Sinds social media en YouTube zijn nieuwe sterren ontstaan en voorbeelden voor de jeugd. Kijk naar Enzo Knol, StukTV, noem ze maar op. De idolen zijn meer bereikbaar en het is niet per se dat je goud moet winnen om een idool te zijn. Wat je dan precies moet doen, is lastig te zeggen. Ik heb er alvast geen formule voor. Nu kom ik zelf uit het leukste gezin dat je je kunt voorstellen, maar we hadden qua geld niet veel. Ik heb tot mijn zestiende gespaard voor mijn eerste eigen paard en mijn moeder heeft nog de helft betaald. Tot ik op tv kwam, was ik nooit eerder op wedstrijd geweest. Daar was geen geld voor. Je kunt het daarom misschien zo zien dat die kinderen denken: ‘Als zij het kan, want ze komt met de paarden eigenlijk vanuit niets, dan kan ik het misschien ook.’
‘We willen graag blijven paardrijden, dus dan moet je nog een stapje beter je best doen’
Dus je hoeft niet al dat geld te hebben of dat megatalent te zijn. Op ons kanaal beginnen we helemaal bij de onderlaag. Ik denk dat dat werkt. De kinderen volgen mij van de manege naar mijn eerste paard, mijn eerste wedstrijd, en dan dit jaar op het NK. Dat was een droom voor mij. Ik maakte fouten, had niet mijn beste score, maar de kids zien wel dat die droom is verwezenlijkt. Tegelijkertijd blijft het lastig om je vinger te leggen op het succes. Als ik de video’s bekijk, denk je wel eens, het zijn leuke video’s, maar ook weer niet heel bijzonder. En toch is het wel heel bijzonder geworden.”
Heb je het paardenvirus van huis uit meegekregen? “Ja, mijn moeder had een paard, gewoon bij mijn opa achter op het land. Ik denk dat ik als tweejarig meisje dat virus al heb opgedaan. Je kent het. Je komt er nooit meer vanaf, al is het wel het leukste virus, zeg maar een prettige pandemie. Mijn moeder was laatst hier en zag mijn training met Tineke (Bartels, PvP). We hadden het toen over haar tijd met de paarden. Zij had één zadel, één dekje en één halster. Zij heeft dat paard zeventien jaar gehad, maar bijvoorbeeld nooit gewassen. Ze gebruikte een zweetmes en soms water uit de sloot, waar hij uit dronk. Dan is het best wel cool om nu dit te zien.”
‘Het paardenvirus is het leukste virus. Zeg maar een prettige pandemie’
Je bent verzot op paarden, maar ben je dat ook op de paardenwereld zelf? “Die kids zijn natuurlijk fantastisch. Mijn doelgroep is het allerleukst. Maar ik werk voor televisie en zeg altijd, de paardenwereld is de televisiewereld in het klein, helemaal op het gebied van dierenwelzijn. Je kunt het nooit voor iedereen goed doen. Ik kan daar mee omgaan en ben dat wel gewend vanuit mijn vak. Je krijgt er een dikke huid van. Als je kijkt naar paardensites en de comments bij berichten richting andere ruiters, denk je wel: ‘Jezus, dit is niet normaal. Waarom typ je dit?’ Soms schiet ik er gewoon van in de lach, juist omdat die reacties zo verschrikkelijk zijn. Ik bekijk de dingen vaak door een humoristische bril. Dat maakt het allemaal wel makkelijker. Bij mij valt het ook best mee. Ik behoor nog niet tot de top. Bepaalde ruiters hebben hartstikke veel voor de sport betekend en die ken ik als hele lieve mensen, waar ik veel respect voor heb. Dan lees ik reacties en denk ik, ja jongens jullie zijn echte toetsenbordridders en staan er niet bij stil dat ook die mensen gewoon gevoel hebben.”
Ik heb tot mijn zestiende gespaard voor mijn eerste eigen paard en mijn moeder heeft nog de helft betaald’
Britt Dekker (1992, Purmerend) won op jongere leeftijd het tv-programma ‘Echte meisjes in de jungle’ en brak daarmee door op televisie. Ze presenteerde programma’s voor RTL, AVROTROS en SBS en is vandaag de dag Nederlands bekendste paardenliefhebber. Dekker is actief in de dressuur, maakt al vele jaren met Esra de Ruiter video’s voor het populaire YouTube-kanaal PaardenpraatTV en had met haar PRE-hengst George succes op het witte doek in de films Whitestar en Silverstar.
Jij bent bekend, maar je paarden net zo goed. Eve was je eerste bekende paard en nu is dat vooral George. Je verwierf deze PRE-hengst op bijzondere wijze. Kun je dat verhaal nog eens vertellen? “Ik zag hem een keer op Facebook voorbijkomen, toen hij nog onder Emmelie Scholtens liep. Wow wat is dit?, dacht ik. Hij pakte me meteen, zoals je dat hebt bij sommige paarden. Enkele jaren later vroeg John (de Mol, PvP) steeds of ik voor hem wilde komen werken. Maar ik hield dat af. Ik zat prima bij AVROTROS en was daar heel gelukkig. Alleen was dat bijzondere paard me bijgebleven, en ineens dacht ik: ‘Weet je wat, ik wil dat paard!’ Hij stond in Spanje en was eigenlijk niet te koop, dus dan weet je dat hij er niet goedkoper op wordt. Ik wist wel wat ze ervoor wilden hebben en kon dat tegen John zeggen. Toen zei hij: ‘Okay, daar moet je dan twee jaar voor werken.’ Akkoord zei ik, maar daarna brak het zweet me uit. O god, wat een risico had ik genomen! Als hij op dag 1 kreupel zou worden, moest ik twee jaar werken voor niks… Uiteindelijk zijn we twee bioscoopfilms verder, hangt hij bij duizenden kinderen boven het bed, is hij een van de bekendste paarden van Nederland en is het dus helemaal goed gekomen.”
‘De paardenwereld is de televisiewereld in het klein. Je kunt het nooit voor iedereen goed doen’
Is dit een typische actie voor jou? “Ja, je moet soms creatief zijn om je doelen te bereiken. Ik zeg altijd: ‘Je moet in het onmogelijke denken, want als je er niet eens aan denkt, gebeurt het sowieso niet. Ik had niks te verliezen als John nee had gezegd. Dan was ik net zover als wanneer ik nooit aan de mogelijkheid had gedacht. En nu heb ik hem dus wel.”
Een jaar geleden volgde de Friese hengst Johnny TKJ (stamboeknaam Brend Abe fan Galingastate). Waarom wilde je hem erbij hebben? “Kijk, met George wil ik graag sporten, maar we worden ook heel vaak gevraagd voor shows. Ik wil niet dat mijn paarden overwerkt raken en daarom had George een collega nodig. Ik had Johnny - ik heb hem naar John de Mol vernoemd - een keer gezien en werd er verliefd op.
Dan ben je meteen de sjaak. Met Johnny vind ik het ook heel leuk om wedstrijden te rijden. Hij loopt net als Eve nu in het Z1 en we wonnen direct onze eerste wedstrijd met bijna 69%, en dat met nog veel fouten. Ik vind het cool als ik met Johnny ook die 70% kan halen. Weet je, ik word gewoon gelukkig om van alles te doen met die paarden, maar je kunt niet alles; trainen, wedstrijden, shows, films opnemen, video’s maken en in het bos of op het strand galopperen. Ze horen ook dagelijks in de wei te genieten. Net als George is Johnny nog altijd hengst, maar met hem dekken we bewust niet. Hij is nogal verzot op meiden, dus ben bang dat ik hem dan niet meer kan houden.”
Met George en Johnny lijk je een voorkeur te hebben voor het meer barokke paard. Waarom is dat? “Ik vind die barokke paarden heel leuk. Het rijdt elke dag lekker. Je merkt wel dat, als je topsport wilt bedrijven, het met een Nederlands, wat meer scherp paard makkelijker is. Met een barok paard sta je in mijn ogen op min twee als je binnenkomt. Je hebt dan toch te maken met een kortere hals, een kortere stap… Het is extra hard werken, maar dat vind ik juist uitdagend. Als ik met Johnny win, vind ik dat cool hoor!”
‘Ik bekijk de dingen vaak door een humoristische bril. Dat maakt het allemaal wel makkelijker’
Hoe zit het verder met je ruiterambities? Je start George nu ZZ-Zwaar en nam dit jaar deel aan het Nederlands Kampioenschap. “Het NK was heel inspirerend. Alleen al de stalgang waar George stond was vet. Hij stond tegenover Dream Boy van Hans Peter en naast mij stonden paarden van Laurens van Lieren, Febe van Zwambagt, Vai Bruntink, Renate van Uytert en Patrick van der Meer. Als ik dan hoor hoeveel tijd zij dagelijks investeren in het rijden en hoeveel jaren ze al deze wedstrijden rijden… Ik dacht, dit is mijn tweede KNHS-wedstrijd in een jaar tijd en ik doe dit er slechts bij. Voor mij is dit pas het begin, ik sta nog helemaal onderaan de ladder. Dat vond ik inspirerend. Ook de proef zelf. Normaal komt het wel goed met een paar foutjes, maar nu kwam ik er niet mee weg. Dit was topsport en dat is iets dat me voor de toekomst heel tof lijkt.”
Dat je op zoek bent naar uitdagingen en je wil bewijzen lijkt een terugkerend iets te zijn? “Ik vind het leuk iets te doen waar mensen van zeggen, dat kan niet, en het dan toch te laten zien. Op het NK moest ik denken aan dat meisje van vroeger, met die schattige rubberen laarsjes op de manege, en ik dacht, wat is hier gebeurd? Ja, ik zoek altijd wel graag een uitdaging op.”
Een uitdaging is ook je verblijf op Academy Bartels combineren met je tv-werk. Het Brabantse Hooge Mierde ligt daarvoor niet bepaald centraal. “Klopt, dat is best een ingewikkelde puzzel, want ik pendel voortdurend op en neer naar Hilversum of Amsterdam. Maar je hoeft met mij geen medelijden te hebben. Ik krijg heel veel energie van het rijden. Het is alsof ik de iPhone ben en aan de oplader lig en dat George, Johnny en Eve de adapter zijn. Ik zit op dat paard en word daar gelukkig van. Tussendoor leer ik zoveel van Tineke en van Imke. Ik dacht, als ik echt wat wil maken van mijn sportcarrière red ik het niet om eenmaal in de drie maanden hier naartoe te gaan. Ik was van de zomer hier en ben eigenlijk blijven hangen. Mijn leven is omgegooid. Ik heb een Spaans paard, een Fries, een KWPN’er en alle drie gaan ze beter en beter, en dat is heel tof!” <
‘Het NK was heel inspirerend. Dit was topsport en dat is iets dat me voor de toekomst heel tof lijkt’
Nog meer weten over Britt?
Na afloop van het interview hadden we nog enkele korte, persoonlijke vragen voor Britt. Wil je weten wie haar grootste fan is, welke ruiter haar voorbeeld is en waarom, wat haar grootste blunder is met de paarden en welk paard ze graag een keer zou willen rijden? Luister dan naar bovenstaande audio-opname.